Zij was het die mij jaren geleden met zachte dwang op de studie rechten wees. Ik trok een vies gezicht. Saaier dan rechten werd het in mijn puberale beleving haast niet. Op haar beurt keek zij zuinig als ik elke week met weer een andere studie aan kwam die me ‘vet cool’ leek. Waren dat studies die later brood op de plank brachten? Nee, mama.
“En jij wilt brood met zalm, want brood met kaas is te min voor je. Dus zoek maar een studie waar je later een goed belegde boterham van kunt eten.” Oké, mama.
Toen ik nog een sjaars was, belde ik wekelijks. De eerste vraag die ze standaard stelde was of ik in de kroeg stond. Ongeacht het uur van de dag. Nee, mama.
Toen ik langdurig ziek werd, spoorde ze me onophoudelijk aan om door te zetten met studeren. Tot het punt dat ik er knettergek van werd. Zelf had ik allang de hoop opgegeven dat ik ooit zou afstuderen. En het idee dat er iemand in mij geloofde, gaf me extra stress omdat ik het gevoel had dat ik zou falen als ik niet aan haar verwachting voldeed.
Zij was de eerste die ik belde toen ik op Nieuwjaarsdag besloot te stoppen met de Togamaster aan de Erasmus Universiteit. Een telefoontje dat 10 euro kostte voor 2 minuten, want ze woonde inmiddels aan de andere kant van de wereld. Ik was bang dat ze teleurgesteld zou zijn in me, maar dat was ze niet. Er viel een last van mijn schouders toen ze antwoordde dat het goed was.
Toen ik met het einde van deze master in zicht, op Skype de voorzichtige (en totaal onrealistische) fantasie uitsprak om na afstuderen te promoveren, ging ze rechtop in de stoel zitten en zei quasi-dreigend: “Als jij gaat promoveren, doe ik dat ook!” Haar merkwaardige manier om te laten zien dat niets te hoog gegrepen is in het leven en dat ze me eraan wil herinneren om altijd te streven naar het beste.
Nu is het zover: ik ga over een paar weken afstuderen. Papa en zij komen naar Nederland. Gloeiend van trots vertelt ze het aan iedereen die het maar wil horen. Laat ik alleen niet de fout begaan naast mijn schoenen te gaan lopen omdat ik de eerste meester in de rechten van de familie word. Toen ik net iets te tevreden met mezelf zei dat ik nu klaar was en bij wijze van spreken alleen de dagen hoefde af te tellen tot de afstudeerdatum, antwoordde ze streng: “ Heb je al een jurk voor de ceremonie dan?”
Nee, mama.
P.S. Net als in Mama Tandoori zijn de situaties in deze blog gebaseerd op de werkelijkheid, maar geromantiseerd.
Haha erg leuke blog Tabitha! Fraai geschreven als altijd. En, heb je reeds een promotievoorstel de deur uit gedaan?