‘Naar het buitenland, dat moet. En zeker als geesteswetenschapper, want anders wordt het helemaal niks met je later.’ Dat is wat ik in het begin van mijn studietijd regelmatig te horen kreeg. Er zijn overigens nog veel meer dingen die een geesteswetenschapper echt moet want anders wordt het helemaal niks later: stage lopen, cum laude afstuderen, een lerarengraad halen, drie talen vloeiend spreken. Het is om knettergestoord van te worden. Ik besloot het lijstje selectief af werken en vroeg daarom in 2010 een Erasmusbeurs aan voor Newcastle University in Engeland. Topjaar. Twee jaar later merk ik dat er nog steeds ontzettend veel vooroordelen zijn over studeren in het buitenland. Daarom ga ik vandaag eens lekker zitten mythbusten.

Ik ging op uitwisseling naar Newcastle University en daar bleek het veel te sneeuwen.

Ik ging op uitwisseling naar Newcastle University en daar bleek het veel te sneeuwen.

Mythe 1: het buitenland is altijd goed voor je.

Busted. Dit is een slogan die universiteiten je graag voorhouden, maar het buitenland is alleen goed voor je als je weet hoe je het aan moet pakken. Ik ken mensen die doodongelukkig werden omdat ze de taal niet goed kenden (eigen schuld, denk ik dan, maar het is wel zielig). Mensen die zich niet aan de cultuur aan konden passen (uitwisselingsstudenten werden bij eerstejaars in huis gezet, wat leidt tot een dubbel cultuurverschil dat soms echt onhoudbaar werd). Mensen die zich het hele jaar in een kliekje met landgenoten voortbewogen (blijf dan thuis).

Mythe 2: je relatie gaat kapot tijdens een uitwisseling.

Busted. Daar hebben ze Skype voor uitgevonden. Ja, als je relatie wankel was, dan geeft een uitwisseling vaak de doorslag, maar een goede relatie hoeft niet te lijden onder een paar maanden pandapunten scoren. Nadeel van een uitwisseling: ik word tegenwoordig bijzonder kotsmisselijk van mensen die gaan huilen als hun geliefde op vakantie gaat. Op vakantie, ja.

Je kunt zeggen wat je wilt van Newcastle, maar hun Student's Union had toch een machtig mooi gebouw.

Je kunt zeggen wat je wilt van Newcastle, maar hun Student’s Union had toch een machtig mooi gebouw.

Mythe 3: Engelse universiteiten zijn veel beter dan de Nederlandse.

Busted. Ik kan niet geloven hoe vaak ik deze langs hoor komen als ik het met mensen over mijn uitwisseling heb. Ik ben niet naar Oxford of Cambridge op uitwisseling geweest, In Engeland heb je Oxford en Cambridge bovenaan de lijst, dan eigenlijk heel lang niets, en dan de rest, en dan nog eens de universiteiten die gelijk staan aan de Nederlandse hbo’s. Op de wereldranglijst staat Newcastle op plaats 180, Leiden op plaats 64. En je kunt veel over die ranglijsten zeggen, maar dát verschil was te merken. De universiteit was werkelijk weinig uitdagend en de leerlingen hadden een enorm beperkte algemene kennis (zie Geordie Shore). Het feit dat Engelse studenten in slechts drie vakken eindexamen doen, kan daarmee te maken hebben.

Mythe 4: een Erasmusuitwisseling staat gelijk aan een jaar feesten, zuipen en seks.

Plausible. Zeker als je single bent en op een makkelijke universiteit terecht bent gekomen, kun je je flink misdragen. Tel daarbij op dat Newcastle één van de beste uitgaanscentra van Engeland heeft (zie Geordie Shore), en je hebt kansen genoeg voor al het bovenstaande. Helaas wil dat ook zeggen dat de eerstejaars met wie ik het huis deelde, minstens vier keer per week dronken thuiskwamen (zie Geordie Shore). Ja, tijdens je uitwisseling kun je voor vreemde verrassingen komen te staan.