Mijn laatste patiëntje is vijf jaar oud, hij huilt en zijn buik doet pijn. Hij noemt me dokter en ik spreek hem niet tegen. I walk the walk and talk the talk. Ik voel me dokter. Ik vraag wat hij later worden wil en of hij weleens een stethoscoop heeft vastgehad. Hij mag even naar mijn hart luisteren, maar wil nog steeds brandweerman worden.

Als ik naar mijn eigen hart luister, besef ik eindelijk wat ik al jaren weet: ik ben dokter. Geneeskunde, wat is het een reis voor jongens en meisjes van 18 jaar. Ik ben straalverliefd en straalbezopen geweest. Ik heb mijn eerste operatie bijgewoond, eerste lichaam ontleed, eerste hechting geplaatst, eerste bevalling begeleid, eerste overlijden meegemaakt. Zes jaar is een hele tijd. In zes jaar heb ik onder andere met een psychotische patiënt in de auto vastgezeten in de avondspits van Den Haag, heb ik papieren kettingen gemaakt om patiënten op te beuren en heb ik meer ontlasting gezien dan ik ooit zal kunnen vergeten. Ik heb vreselijk geblunderd, ben ondergekotst, ben meerdere keren bijna flauwgevallen op OK, heb gelachen tot ik moest huilen en gehuild tot ik moest lachen.

Ik heb 200x gedreigd te stoppen met geneeskunde en ben daar 200 keer van teruggekomen.

Zonder ooit spijt te hebben, want ik zou het zo weer doen, wat een cliché. Het voelt niet meer als een toneelstukje als ik een witte jas aantrek. Ik heb mijn eigen patiënten en die patiënten laten me in hun leven simpelweg omdat ik arts ben. Er zijn geen fysieke grenzen; als het nodig is geef ik mensen een rectaal toucher, vertel ze het slechte nieuws of moeten ouders het toelaten dat ik hun pasgeboren baby prik om een infuus te geven.

Het geeft mij soms ook buikpijn.

Met mijn patiëntje neem ik eens rustig door wanneer hij voor het laatste gepoept heeft. Of zoals zijn moeder voor hem vertaald; wanneer zijn laatste stinkie was? Bij zijn ouders valt het kwartje dat de stinkie al een paar dagen geleden is en een laxeermiddel verder heb ik een veel leuker, spelend en lachend kind voor me. Geneeskunde is gelukkig niet altijd hogere wiskunde. Ik krijg een high five en en hij zegt dat hij misschien toch in het ziekenhuis wil werken.

En met het afscheid nemen besef ik dat ik mijn eigen afscheid eraan komt. Ik ga afstuderen, als basisarts, met de eed op mijn lippen en trotse ouders in de zaal.

Dat beloof ik.

coassistent