Wat doe je met je kamer als je een semester of een jaar in het buitenland gaat studeren? Onderverhuren, natuurlijk. Ik heb twee keer in het buitenland gezeten en in totaal drie onderhuursters gehad voor mijn kamer. Twee daarvan waren heel leuk, één was verschrikkelijk, en van die drie samen heb ik veel geleerd. Daarom hier heb ik zeven tips voor degenen die hun kamer willen onderverhuren en eigenlijk geen idee hebben hoe dat gaat.
1. Vraag je huisbaas om toestemming.
Niet iedereen mag zomaar een kamer onderverhuren. Zorg dat je expliciete toestemming hebt van je huisbaas en laat je huisbaas het onderhuurcontract mede ondertekenen. Hiervoor is het natuurlijk nodig dat je zelf nog in Nederland bent als je onderhuurder aankomt – logeer desnoods de laatste nacht bij je ouders.
Als je huisbaas geen toestemming geeft, zul je toch je kamer moeten opzeggen.
2. Hospiteren kan prima via Skype.
De meeste potentiële onderhuurders komen uit het buitenland en gaan net als jij op uitwisseling. Die zijn vaak nog niet in Nederland als ze beginnen te zoeken naar een kamer. Via Skype kunnen je huisgenoten en jij, als de verbinding goed is, een prima beeld krijgen van de kandidaat, en vice versa. Let er goed op of je huisgenoten en de kandidaat elkaars Engels kunnen verstaan.
3. Zorg dat je onderhuurcontract goed is.
Schrijf niet zomaar zelf een lijstje, het kan zijn dat je dingen vergeet of claims maakt die je niet mag maken. Zorg dat je huisbaas het met het contract eens is. Een mooi voorbeeld van de SSH vind je hier.
4. Leg de borg vast en fotografeer je kamer.
Onderhuren, dat wil zeggen dat de ander je spullen kan gebruiken. Spreek daarom een borg af voor je spullen. Ik stelde zelf mijn borg vast op €250,- voor een kamer die €400,- per maand kost. Wat kan er mis gaan? Uit eigen ervaring: vlekken op het matras, (wiet) roken in de kamer, een glas wijn over de bank. Schoonmaakkosten kun je in deze gevallen van de borg aftrekken, als je kunt aantonen dat de spullen er beter uitzagen voordat je vertrok.
5. Maak duidelijke afspraken over gasten.
Iemand die een jaartje in Leiden komt wonen, zal veel gasten ontvangen die zin hebben in een goedkope vakantie dichtbij Amsterdam. Bij mijn eerste onderhuurster liep dit volledig uit de hand. Eerst kwam haar moeder drie weken bij haar logeren, vervolgens trok haar vriend een maand lang bij haar in. Dit is natuurlijk vreselijk voor je huisgenoten en je kamer zal er ook niet goed aan toe zijn als je terugkomt. Neem daarom een logeertermijn in je onderhuurcontract op. In Canada stond in mijn huurcontract dat een gast maximaal vier nachten per maand bij me kon doorbrengen, dus die regel heb ik ook in mijn onderhuurcontract gezet.
Couchsurfen is prima, maar niet als je zelf al in een geleende kamer woont.
6. Laat de onderhuurder de huur direct overmaken aan je huisbaas.
Bij mijn eerste onderhuurster had ik een regeling getroffen waarbij ik de huur bleef overmaken. Dit bleek heel dom, want van de vier maanden die ze in mijn kamer doorbracht, maakte ze twee keer de huur te laat over. Als ze de huur direct overmaakt naar je huisbaas, ben jij niet meer verantwoordelijk voor de betalingen.
7. Leen je fiets niet uit.
Mijn fiets staat maandenlang niets te doen, dacht ik, dus die kan ik net zo goed uitlenen aan mijn onderhuurster (met €70 borg). Dat is twee keer misgegaan. Beide onderhuursters durfden niet op de fiets te rijden, bang dat ze hem stuk zouden maken. Beiden kochten daarom al snel zelf een eigen fiets, en lieten die van mij verroesten in de regen. Zij waren daarmee hun borg op de fiets kwijt, ik moest een nieuwe fiets aanschaffen. Als er niet op een fiets gereden wordt, gaat hij stuk – verkoop je fiets dus, of sla hem bij iemand in de schuur op!
